Ga naar de inhoud
verspilling1

De verspilling begint al bij de hoeveelheden die we aankopen.

De klant die koopjes wil doen zwicht dikwijls onder de publiciteit van korting of wordt gelokt met twee kopen, derde gratis.  De supermarkt heeft wel het imago van goedkope winkel, maar je komt er steevast buiten met een overladen winkelkar. Vaker naar de winkel (de buurtwinkel, misschien?) gaan en telkens kopen wat je nodig hebt, kan een flinke besparing zijn. Of zijn je voeten of je fiets de oplossing? Je kunt je fietszakken of winkelcaddy niet voller steken dan er in kan.

De ijverige moestuinier zaait en plant nogal eens te veel. Natuurlijk kun je groenten uitwisselen of aan anderen geven.

De ijverige moestuinier zou ook kleinere bedden kunnen maken. Als je voor alle zekerheid  twee keer een bepaalde groente hebt gezaaid, waarom zou je de eerste of de tweede opbrengst niet voortijdig oogsten, al was het maar voor de compost?
Waarom zou je je moestuin niet wat meer ecologisch maken door er ook klein- of grootfruit een plaatsje te geven? Je kunt ook voor meer afwisseling zorgen en meer inzetten op overwinterende groente. Natuurimker Lode Devos raadt zelfs aan om af en toe een groente in bloem en in zaad te laten opgaan, zodat bijen en andere bestuivende insecten, meer en rijker voedselaanbod zouden hebben.

Zoals we gemakkelijk te veel kopen, koken we ook te veel, dat we in te grote porties opscheppen.

verspilling2Als het je ook altijd overkomt, dat te veel klaarmaken, dan kook je toch kleinere porties? Of als het eten uitnodigt tot weggooien, dan zoek je verschillende bereidingswijzen van die groente of dat fruit op in een kookboek of op internet: kool op verschillende manieren, al geprobeerd?  Creatievelingen proberen met restjes andere verwerkingen dan ze tot dierenvoer te degraderen. Ze gebruiken bereid eten weer voor menseneten.  Eigenlijk is restjes aan je huisdieren voeren, zeker gekookte,  ook verspilling, want geen enkel dier in de natuur eet bereid eten.

In de koelkast en diepvriezer leggen we een reserve aan voor de nabije of de verre toekomst. 

Als we met onze eetwaren van de winkel terugkomen, steken we ze meteen in de koelkast, zeker als we niet beschikken over een koele kelder.  Veel groente- en fruitsoorten rillen al bij de gedachte aan te koude temperatuur: tomaten, aardappelen, komkommers, aubergines, courgettes, paprika’s,  enz.  Exotische lekkernijen zoals meloenen, perziken, bananen, ananas willen niets liever dan hun einde afwachten op een betere plaats dan die koele, donkere koelkast. Chocolade, snoep, brood, ongeopende conserven bewaren best zonder koeling.

Toch vind je zelden een studenten- of bejaardenkamer of een kantoor zonder koelkast, dikwijls om wat koekjes, chocolade of een enkel potje yoghurt in te bewaren.  

De Koreaanse studente Jihyun Ryou kwam op het ingenieuze idee groente en fruit in hun nagebootste habitat te bewaren. Ze ontwierp een lowtech koelkast voor groenten en vruchten als een schap met zandbakjes of waterschaaltjes en stelde haar voorraad groente en fruit in het zicht van de gebruiker, liever dan ze achter gesloten deuren te bewaren, klaar om te vergeten.

Onze (over)grootmoeders steriliseerden, legden op in alcohol of azijn, droogden, pekelden.

Ze hadden geen diepvriezer, maar ze verspilden minder. Met moderne middelen kunnen we ook inmaken.  Een paar voorbeelden:

Verse selderij versnipperen en in een glazen pot met schroefdeksel bewaren. Afwisselend een laag versnipperde blaadjes en een laagje zout. Dubbel gebruik: selderij en pekelvocht, bruikbaar in soep of om een pan mossels op smaak te brengen.

Fruit, zoals peertjes, kun je op zacht vuur verhitten en dan met de vrijgekomen siroop in glazen bokaaltjes doen. Schroef onmiddellijk het metalen deksel erop en je kunt ze maanden bewaren. Ook vlierbessensiroop kun je in flessen met schroefdop bewaren.  Kersen mag je rechtstreeks in glazen bokaal mét deksel langzaam verhitten in een kookpan met water in of in de oven. En zo redt je veel groenten en vruchten van de energieverslindende diepvriezer.

Als het allemaal wat ouderwets klinkt, kan je misschien overtuigd worden door te rekenen met de energiefactuur van te grote koelkasten en diepvriezers, de nutteloze voedselkilometers van verspild eten, de overbevissing, enzovoort.

Een weggooi-dagboek kan ook helpen:  een maand lang elke dag de hoeveelheid in kilo en gram noteren die je weggooit, inclusief wat je of aan de kippen of de hond geeft.