Ga naar de inhoud

De Europese Unie heeft ingestemd met een tijdelijke op­lossing om de impasse rond de boterexport van Nieuw-Zeeland naar Europa te doorbreken. De Commissie schort­te in juli de importvergunningen van Nieuw-Zeeland op nadat het Europese Hof van Justitie oor­deelde dat de EU-regels voor de boterinvoer vanuit Nieuw-Zee­land oneerlijk zijn. Nieuw-Zeeland mag tot eind dit jaar 14.300 ton boter op de Europese markt brengen.

Aan de toestemming is wel de voorwaarde verbonden dat de export naar tenminste zes ver­schillende ondernemingen gaat. Tot hiertoe verliep de invoer in Europa exclusief via Groot-Britannië. Het gaat voornamelijk om boter van zuivelconcern Fonterra. Dat bedrijf levert 95 procent van de boter die naar de Europese Unie verscheept wordt.

De EU en Nieuw-Zeeland moeten nu verder praten over een permanente oplossing. ”Daar is meer tijd voor nodig’’, aldus een woordvoerder van de EU. Minister van handel Phil Goff van Nieuw-Zeeland zei dat Nieuw­ Zeeland het voorstel met beide handen zou aannemen.Wel maakt Goff zich zorgen over het feit dat er weinig vooruitgang is geboekt in de onderhandelingen over de export van boter volgend jaar van Nieuw-Zeeland naar de Europese Unie.

De EU had na het vonnis van het Europees Hof al toegestaan dat de boter die reeds gearriveerd of nog onderweg was van de vroegere regeling kon genieten. Nieuw-Zeeland exporteert jaar­lijks voor 128 miljoen euro naar de EU. Dat is ongeveer 77.000 ton of 28 procent van de totale boterproductie in Nieuw-Zeeland. Het gaat in hoofdzaak om boter van het zuivelconcern Fonterra.