Biobrandstoffen redding voor de landbouw
Wereldwijd wordt nu al jaarlijks 40 miljoen ton bio-ethanol en 6 miljoen ton biodiesel geproduceerd. De graanprijzen stegen in minder dan een jaar tijd met een kleine 40 procent, de koolzaadprijs met 36 procent. "Ik zou het hele biobrandstoffenverhaal de redding van de landbouw durven noemen", zegt Bart Vleeschouwers van het Innovatiesteunpunt in De Tijd. Dat Vlaanderen morgen geel kleurt van de koolzaadvelden of niet, doet er niet toe.
"De huidige productie van biobrandstoffen is nog maar het begin", stelt de Gentse professor Wim Soetaert, drijvende kracht achter de Ghent Bio-Energy Valley. "De vraag is eindeloos. De toepassingen zijn dat eveneens". Naarmate petroleum duurder wordt, ligt de toekomst open voor de ‘groene chemie’ op basis van hernieuwbare grondstoffen. Fabrieken als biodiesel-producent Oleon kunnen eveneens de grondstoffen leveren voor kunststof, waarvan plastic flessen of computerschermen worden gemaakt.
De impact van deze revolutie voor de landbouw lijkt enorm. "Eindelijk licht aan het eind van de tunnel", stelt Bart Vleeschouwers. "De rush naar bio-ethanol, biodiesel, biogas, biochemie en de hernieuwde interesse in hout voor verwarming: voor de landbouwers wereldwijd is het een gouden kans om uit de neerwaartse spiraal te geraken. De mensen zijn niet bereid veel te betalen voor voedsel, maar tellen des te grotere bedragen neer voor hun energievoorziening".
Toch kijkt de Vlaamse boer voorlopig de kat uit de boom. Een tiental pioniers experimenteren met biogas, terwijl de opmars van winterkoolzaad na één jaar alweer gestopt lijkt. "Deze zomer was de onzekerheid over de mogelijkheden van biodiesel op de Belgische markt nog groot", aldus Vleeschouwers. "De accijnsregeling was nog niet uitgewerkt en de quota voor de productie van de brandstof zijn pas twee weken geleden toegekend. De boer die begin september moest zaaien, nam dus liever geen risico’s. Voor het volgende oogstjaar is het koolzaadverhaal in België dus een gemiste kans".
Maar eigenlijk maakt het voor de Belgische landbouwer weinig uit of hij al dan niet op de kar springt. De markt van landbouwproducten is een wereldmarkt, met wereldprijzen. Onder druk van de wereldwijde vraag naar biobrandstoffen zitten de prijzen van alle landbouwproducten in de lift. Zelfs de suikerbietenprijs is nooit zo hoog geweest, ondanks de recente liberalisering van het Europese suikerbeleid. De sterke vraag naar bio-ethanol zorgt er met andere woorden voor dat de suikerhervormingen voor de Europese landbouwer minder zwaar aankomen dan verwacht.
Eén ding staat volgens journaliste Ine Renson vast: door de toegenomen vraag naar landbouwproducten wordt ons voedsel duurder. Nu al merken we in de winkel dat de prijzen van zonnebloemolie of olijfolie gestegen zijn. Ook de stijgende prijzen van granen of suiker zullen we binnen afzienbare tijd voelen. "We gaan voor het eerst naar een situatie waarbij de prijs van petroleum zal samenhangen met die van suiker", voorspelt Soetaert. "Het worden allebei schaarse goederen. Het tekort van het ene zal leiden tot een toegenomen vraag naar het andere, waardoor we een evenwicht krijgen op een hoger prijsniveau".
Maar creëert de honger naar biobrandstoffen in het westen geen echte honger in de Derde Wereld? Daar dreigt basisvoedsel te duur te worden voor de bevolking. "Onzin", reageert Vleeschouwers. "De grootste armoede schuilt op het platteland. Dankzij de biobrandstoffen zullen de boeren er stilaan meer gaan verdienen. Bovendien komt met de groene revolutie een einde aan de landbouwoverschotten, vermits we in het Noorden alle granen zullen nodig hebben om in onze tank te gooien. Gedaan dus met dumpen op de markten van ontwikkelingslanden".
Thierry Kesteloot van Oxfam vreest echter dat de onverzadigbare vraag naar biobrandstoffen ervoor zal zorgen dat grond een schaars goed wordt, een duur productiemiddel. "Voor kleine boeren wordt land onbetaalbaar: er komt een dynamiek op gang waarbij grote spelers alle grond inpalmen. De spanning tussen familiale en industriële landbouw zal toenemen". Ook professor Soetaert houdt rekening met dat scenario. Maar hij nuanceert ook: "Het zal er vooral op aankomen de toegang tot land van overheidswege goed te reguleren. Boeren zullen door de hoge prijzen alleszins niet meer zo makkelijk van hun grond verdreven kunnen worden".
De biobrandstoffen moeten concurreren tegen de voedselproductie, maar ironisch genoeg komt de concurrentie ook uit groene hoek. Steeds meer elektriciteitsleveranciers dingen naar groenestroomcertificaten. Bij Oleon maken ze zich daar alvast zorgen over: "Een elektriciteitscentrale die een tiende van Nederland gedurende een jaar van groene elektriciteit kan voorzien, verbruikt drie miljoen ton oliën en vetten, wat zoveel is als de hele biodieselcapaciteit voor Europa. We zullen dus moeten kiezen tussen biodiesel en groene stroom", klinkt het.
En wat als de prijzen voor grondstoffen blijven stijgen? Koolzaadolie tekent vandaag al tegen 640 euro per ton. En hoe lang zal de overheid de prijs kunstmatig willen blijven dempen met accijnsverlagingen? Soetaert: "Daarom doen we volop onderzoek naar biobrandstoffen van de tweede en derde generatie. We zullen in de toekomst stro en maïskolven kunnen valoriseren. De facto is daarmee ook de concurrentie met de voeding van de baan: voedsel halen we uit de korrel, brandstof uit het stro".
Eerdere berichtgeving over biobrandstoffen:
31/10/06: Eerste tankstation voor ppo kan officieel starten
23/10/06: "Biobrandstof creëert honger in arme landen"
via Vilt, 6 nov 2006