Pleidooi voor zondag vleesdag
Hoe éénzijdig berichten onze media over vlees? Welke gevolgen heeft dat op de diepgang van politieke discussies in het Vlaams Parlement? Kunnen onderzoekers uit gidsland Nederland – topagro-exporteur – ons iets leren over de milieu-impact van vlees? Is sojaschroot nu een nevenstroom? Wat is “echt lokaal vlees”? De tijd is rijp voor Zondag Vleesdag.
Schuldig verzuim en verdoken product placement: de mediastilte over de sojastroom

De vierde onmacht: mediafalen schaadt democratie
Een kwalijk gevolg als de media hun werk niet doen, is dat de democratie achteruitboert. Er ontstaat verwarring op politiek niveau. Dat bleek enkele maanden terug tijdens een discussie in het Vlaams Parlement tussen Els Robeyns (SP.A) en Kris Peeters (CD&V) over de tweede pijler van de eiwittransitie: vleesmatiging en verschuiving naar meer consumptie van plantaardige eiwitbronnen. Robeyns hamerde daarbij op de gezondheidsaspecten van plantaardige eiwitten voor de mens, en loofde in die context het ‘actieplan alternatieve eiwitbronnen’ van de Vlaamse overheid. Daarmee geeft ze blijk van zeer slecht geïnformeerd te zijn: dat actieplan heeft immers niets te maken met eiwitten voor menselijke voeding, maar gaat alleen over eiwitbronnen voor veevoer. Het actieplan is een samenwerking tussen de veevoerindustrie en de Vlaamse overheid die ontstond door de groeiende internationale kritiek op de huidige veevoerstromen die bezwaarlijk maatschappelijk verantwoord kunnen genoemd worden. Is de mediastilte rond die onverantwoorde veevoerstromen de oorzaak van de onwetendheid bij mevrouw Robeyns? Het moet gezegd dat Robeyns wel de nagel op de kop sloeg met de pijnlijke vraag aan Peeters: ‘Acht u het wenselijk dat VLAM vleesmatiging zou opnemen in zijn duurzaamheidsbeleid?’ Hoewel VLAM expliciet stelt dat vleesmatiging al wordt meegenomen in de campagnes rond vlees, komt blijkbaar ook bij Robeyns de campagne anders over dan bedoeld. Oeps. Nochtans schepte Boerenbond in debat met EVA in Terzake hoge verwachtingen over de VLAM-campage. VLAM won dus niet onverdiend de Greenwash Award 2012.
Spaarvarken of varkenscrisis?
Even terug naar de vergelijking Braziliaans vs. lokaal vlees. Er bestaat geen twijfel over dat Braziliaans vlees te mijden is, maar burgers hebben recht op wat genuanceerder advies dan: “Kies best lokaal vlees”. Lokaal en lokaal is twee. Alles hangt af van wat de dieren eten. Zowel voor landbouwers als voor het milieu, is een echte herlokalisering een goede zaak. Nemen we het voorbeeld van de varkens, zoals Nederlandse onderzoekers becijferden in het tijdschrift Journal of Cleaner Production (1). Ze toonden aan op welke manier de milieu-impact van vlees afhankelijk is van de hoeveelheid vlees die wordt geconsumeerd (zie figuur). Varkens waren eeuwenlang de afvalverwerkers bij uitstek, ze werden gevoederd met restproducten die niet voor menselijke consumptie geschikt zijn, of met overschotten. Niet voor niets spreekt de volksmond van het spaarvarken. Simon Fairlie (2) stelt vast dat de rol van varkens doorheen de geschiedenis geweest is om restjes te accumuleren. Varkens lieten toe om zich in te dekken tegen de wisselende prijs en beschikbaarheid van granen, een soort “hedge fund” avant la lettre dus. Als we dan de varkenscrisis van vandaag bekijken, is een groot deel daarvan te wijten aan de uit de hand gelopen voederkosten: voor de teelt van veevoeders is schaarser wordende landbouwgrond vereist. Het aandeel restproducten in het rantsoen is zodanig klein dat boer en aarde daar de prijs voor betalen. Een recente studie over lachgas (3), een broeikasgas 300 maal sterker dan CO2 dat vrijkomt bij gebruik van kunstmest (vnl. voor de teelt van voedergewassen), zet dit argument milieukundig kracht bij. De onderzoekers maanden zelfs aan tot een globale halvering van de vleesconsumptie.
Sojaschroot nevenproduct? Nee toch?
De Nederlandse onderzoekers verduidelijkten hun bevindingen in de volgende figuur.

Vaak wordt het argument aangehaald, vnl. door Boerenbond, dat we hier minder vlees zullen consumeren, maar wij toch meer moeten produceren, omdat ze elders meer zullen consumeren. Vermits het hier zogenaamd “efficiënt” zou gebeuren, moeten wij het dan maar doen. In het licht van bovenstaande milieukundige en economische argumenten voor herlokalisering & inkrimping van de productie, houdt deze redenering geen steek.
Conclusie
Vlees kan ecologisch verantwoord zijn, als het veel minder geconsumeerd wordt en als het in hoofdzaak met ‘ecological leftovers’ gevoed wordt, met reststromen dus. Een duidelijk pleidooi voor Zondag Vleesdag: minder en beter. En voor “echt lokaal vlees”.
Jeroen Watté
(1) Elferink, E V, Nonhebel S, en Moll, H C (2008), ‘Feeding Livestock Food Residue and the consequences for the Environmental Impact of Meat’, Journal of Cleaner Production 16, 1227-1233.
(2) Fairlie, Simon (2010) ‘Meat – a benign extravagance’, Permanent Publications (The Sustainability Centre) East Meon, Hampshire, UK.
(3) Eric A Davidson (2012) ‘Representative concentration pathways and mitigation scenarios for nitrous oxide‘, Environmental Research Letters Vol. 7(2) 024005.