Ga naar de inhoud

Ook in de veeteelt kan het anders en beter. Zo werken Ruben Brabant en Bertjan Olivier aan een nieuw verhaal in de varkenshouderij. Ze willen circulair en lokaal varkens kweken, die een goed leven hebben gehad en waarvoor consumenten de juiste prijs betalen. Het is een traag groeiproces, maar het duo vindt steeds meer klanten die achter de werk- en denkwijze van Menapii staan.

Ruben Brabant en Bertjan Olivier van varkensbedrijf Menapii in Pittem deelden hun verhaal voor de tweede editie van de brochure ‘Goed Boeren‘. Foto’s: © Teja De Prins

Menapii werd opgericht door archeoloog Wim De Clercq, varkenshouder en stallenbouwer Ruben Brabant en kwaliteitsslager Hendrik Dierendonck. Er was op de archeologische Romeinse site van Oudenburg een karkas gevonden van een varken dat erg populair was in die tijd, de tijd van de Menapiërs, een keltische volksstam. De gedroogde hespen van deze ‘Belgische’ varkens kwamen onder meer terecht in Rome. Ruben: “Vandaag maken we de omgekeerde beweging: we importeren ham uit Italië. We zijn ons pronkstuk verloren.” 

Goesting naar een nieuw kwalitatief lokaal varken was het startpunt om het oude ras terug leven in te blazen. Via een VLAIO-project (Vlaams Agentschap Innoveren & Ondernemen, red.) begonnen Ruben en Hendrik samen met UGent everzwijnen met varkens te kruisen. Zo ontstond een smaakvol nieuw ras met de looks van zijn Menapische voorganger: het Menapii-varken. 

Ruben Brabant: “Een oude varkenssite tover je niet van de ene op de andere dag om tot een varkensbedrijf met visie en toekomst”

Vandaag hebben Ruben en Bertjan een honderdtal Menapii-zeugen. Het zijn ideale restverwerkers. Ruben: “Ze worden 100% gevoed met lokale circulaire reststromen van humane voedingsstoffen. Ze krijgen onder meer bierdraf, suikerbietenpulp, koolzaadschroot, reststromen van de maalderijen en voedingsindustrie en de biggen krijgen ook nog melkwei. Het bedrijf mijdt bewust sojaschroot of palmolie.”

Geleidelijke transitie

Naast Menapii heeft Ruben ook een stalbouwbedrijf en een veel grotere varkenshouderij met meer dan 1500 ‘gewone’ zeugen, dus niet van het Menapii-ras. “Voor mij zijn die bedrijven perfect compatibel”, vertelt hij. “De grote varkenshouderij financiert de kleine, terwijl de kleine bijdraagt aan de transitie van de grote. Een oude varkenssite tover je niet van de ene op de andere dag om tot een varkensbedrijf met visie en toekomst.” 

Een duidelijke visie heeft Ruben alvast wel. “Ik heb nieuwe stallen gezet voor mijn gangbare varkens met extra aandacht voor dierenwelzijn, milieu en arbeidsomstandigheden. Dat had een meerkost, die ik op de Belgische markt niet kon verrekenen. In Duitsland heb ik wel een supermarktketen gevonden die in ons verhaal gelooft en de meerprijs wil betalen. De winst die ik zo maak, investeer ik in de uitbouw en verduurzaming van zowel Menapii als de grote varkensstal.”  

Rebelse creativiteit 

Bertjan en Ruben uiten hun frustratie over de eindeloze hoeveelheid regels in de varkenssector. Ruben: “Creativiteit bestaat niet zonder autonomie, en we hebben vandaag net ontzettend veel creativiteit nodig om de uitdagingen in de landbouw aan te gaan. De antwoorden zijn niet eenduidig. Boeren moeten financiële en mentale ruimte krijgen om te experimenteren en te leren. Die ruimte ontbreekt in de varkenssector: de bedrijven worden op alle mogelijke manieren aan banden gelegd.”

Ruben Brabant: “Creativiteit bestaat niet zonder autonomie, en we hebben vandaag net veel creativiteit nodig om de uitdagingen in de landbouw aan te kunnen”

De huidige regels maken dierenwelzijn bijna onmogelijk, vertelt Bertjan. “We willen onze Menapii-varkens buiten houden, maar het FAVV (Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen, red.) laat dat niet toe. We schrijven een nieuw verhaal waar we achter staan en willen daarin geen toegevingen doen, waardoor we ruzie kregen met het FAVV. Doordat we naast Menapii ook een grote varkensstal hebben, doet de voedselveiligheid extra moeilijk uit angst voor besmettingen.” 

Boerenverstand

Autonomie betekent voor Ruben en Bertjan bouwen op gezond boerenverstand. Ze ontwikkelden hun eigen lastenboek (doorgaans stappen bedrijven in een label met een lastenboek, red.) en stellen zelf het voeder samen. Ruben: “Aan geprepareerd varkensvoer wordt vitamine A toegevoegd. Toen ik nakeek wie de norm van de hoeveelheid bepaalde, bleek dat de producent van de vitamine zelf te zijn. De specialisten die ik contacteerde konden niet zeggen waarom zoveel vitamine A nodig is. Ik heb de hoeveelheid gehalveerd en dat had geen enkel effect op de varkens.” 

Ruben Brabant: “Het beleid werkt met complexe berekeningen vanuit verschillende diensten die niet op elkaar zijn afgestemd. Het ziet er objectief uit, maar het is ontransparant en vaak contraproductief”

Ruben pleit voor meer vertrouwen van de beleidsmakers op de kennis van boeren. “Niemand kent zijn land beter dan een boer. Hij weet waar de natte plekken zijn en heeft daar geen virtuele applicatie voor nodig. Het beleid werkt met complexe berekeningen vanuit verschillende diensten die niet op elkaar zijn afgestemd. Het ziet er dan objectief uit, maar het is ontransparant en vaak contraproductief. Ik blijf alles zelf opvolgen, maar dat wordt steeds meer gekkenwerk, en is voor de gemiddelde boer onmogelijk.” 

Gewurgd door de wet

“Burgers zien landbouwers vandaag als dierenbeulen en vervuilers. Maar de boer is vandaag vooral lijdend voorwerp. Hij wordt gewurgd door het wetgevend kader, versmacht door de retail en genekt door externe schokken zoals geopolitieke gebeurtenissen en ziektes. Daarom vind ik het belangrijk om zelf prijsafspraken te kunnen maken en een verhaal te brengen tot bij de consument. Bij Menapii werken we daarom met een beperkte selectie aan afnemers die 100% in het verhaal geloven.”

Ruben en Bertjan hopen met het verhaal van Menapii bij te dragen aan het begrip van de consument van wat landbouw is. “Zolang we bezig zijn met voeding zo goedkoop mogelijk te maken, drijf je dingen in de verkeerde richting. Als boeren zouden kunnen, zouden het vaak de eerste zijn om in te zetten op dierenwelzijn.” 

Deze tekst kadert in de tweede editie van de brochure ‘Goed Boeren’, waarin Wervel samen met de lidorganisaties van Voedsel Anders en met Boerenforum creatieve boeren en boerinnen aan het woord laat. Lees hier alle portretten, download de brochure of vraag jouw papieren exemplaar aan.

Dit interview werd afgenomen door Arthur Follebout en Ineke Docx van Wervel.