Ga naar de inhoud

Als landbouw en natuur de handen in elkaar slaan, kan iets moois ontstaan. Een klein groepje groenen en boeren werkt zo samen in een natuurgebied in de Vlaamse Ardennen: twee boeren, mensen van Natuurpunt, Onroerend Erfgoed en Avansa. Samen zochten ze raakvlakken om mekaar te versterken en tegelijk het natuur- en landbouwgebied beter te beheren. Wervel vrijwilliger Rita doet verslag van deze mooie samenwerking.

Een gezamenlijk project

’t Burreken is een natuurgebied in de Vlaamse Ardennen, een gebied waar landbouw en natuur met elkaar verweven zijn. Conflicten zijn mogelijk, maar samenwerking ook. Dat laatste vormt de basis voor een project tussen ABS en Natuurpunt: Boer zoekt natuur, natuur zoekt boer.

Lieven, consulent bij ABS, is opgegroeid in ’t Burreken en bewerkt er stukken land. Fier toont hij een akker dat hij anders is gaan bewerken sinds zijn contact met Dirk van Natuurpunt. “Ik zaai nu klaver en luzerne als veevoer en telkens ik hier kom, sta ik versteld van de biodiversiteit die ze teweegbrengen.”

In dit natuurgebied ligt zowel akker- als weiland dat toebehoort aan landbouwers. Ze volgen lastenboeken om in het gebied te mogen werken, want verstoring en verontreiniging zijn zo gebeurd. Natuurpunt stelt ook zelf stukken grond ter beschikking aan veeboeren of paardeneigenaars.

Landbouw in een natuurgebied, kan dat? Hoe vermijd je intensieve grondbewerking? Welke gewassen zijn geschikt? Vertrappelen grazers de kwetsbare vegetatie niet? Hoe wordt hun graasgebied afgebakend? Is hun mest niet funest voor het gebied? Het zijn allemaal vragen die via overleg worden opgelost.

Grazers beheren mee het natuurgebied

Het vee dat er graast, loopt in een natuurlijke omgeving en eet er grassen en kruiden. Het bouwt zo een natuurlijke weerstand op en heeft geen antibiotica nodig. Hun mest is clean en elke koeienvlaai is een waar restaurant voor kevers en insecten, die op hun beurt insecteneters aantrekken. Runderen, schapen, paarden of andere dieren, beheren mee het gebied en dat bespaart natuurbeheerders intensief werk. Het gaat telkens over extensieve landbouw, waar een klein aantal dieren over een grote oppervlakte loopt.

In plaats van prikkeldraad is er koeienbraam als omheining. Koeienbraam is een flink uit de kluiten gewassen braamsoort met dikke stekels, die zijn naam alle eer aandoet; dé weideafsluiting bij uitstek uit vroegere tijden. Drinkpoelen worden zo aangelegd dat de dieren de vegetatie niet kapot trappelen. Bomen bieden beschutting, zowel bij regen als bij felle zon.

Samen weide- en akkervogels beschermen

Een ander voorbeeld van hoe natuurbeschermers en boeren elkaar vinden is op de akker waar vogels broeden. Vrijwilligers van de werkgroep Weide- en akkervogels trekken het veld in om nestelende vogels te beschermen. Wat hen tegen natuurlijke vijanden beschermt, namelijk dat ze helemaal opgaan in hun omgeving, kan ook hun einde betekenen. Om de vogels ‘uit de nesten te halen’ spreken boeren en vrijwilligers samen af. Wanneer de boeren hun akker gaan bewerken, speuren de vrijwilligers de vogelnesten op en markeren ze die zodat de tractors er niet overheen rijden. De boeren zijn fier dat er vogels op hun akker komen broeden; ze werken graag mee om kieviten, veldleeuweriken, patrijzen en andere vogels te beschermen.

Boeren en vrijwilligers zetten er zich samen voor in. De ene groep leest de andere niet de les en dat werkt. Als het goed is, mag het ook gezegd, geschreven en gedrukt worden.

Wervel vrijwilliger Rita stuurde ons dit interessante verhaal door. Heb jij ook een interessante opinie, verslag of getuigenis in je vingers zitten? Contacteer Xander via xander@wervel.be.