Ga naar de inhoud
droogte

In tijden van droogte komt de slogan weer naar boven: betonstop! We hebben alles inderdaad volgebouwd en de gebouwen omringd door stenen omdat het gemakkelijker te onderhouden is dan beplanting,- of om auto’s op te parkeren. Ook het waterverbruik krijgt meer aandacht: minder lang douchen. Goed, maar waarom horen we weinig of niets over de rol van de landbouw. Als er in de pers toch over water en voedselproductie gaat, kijkt men al snel naar de koe als slokop. Een noodzakelijke nuancering hierbij wordt niet altijd gemaakt. Een industriële koe is geen agro-ecologische koe, een melkkoe is geen dubbeldoelkoe. En er bestaan ook diverse soorten water: grijs water, groen water, blauw water! Met grote machines voor ploegen, zaaien en oogsten wordt de grond platgedrukt, kunstmest  en pesticiden leiden tot een levenloze bodem, altijd dezelfde gewassen met weinig tussentijd op dezelfde akker werkt verarmend. Allemaal redenen, naast andere, waarom de bodem onvoldoende  water opneemt en het te vlug laat doorsijpelen.

De droogte-crisis zou een aanzet kunnen zijn om verder in te zetten op agro-ecologie.  Die verhoogt de opslag van koolstof en verbetert de doorsijpeling van de bodem.

Tijd dus voor Wervel om daarop nog maar eens de aandacht te vestigen.

Humus

Wat we bijna twee eeuwen hebben afgebroken, moeten we weer herstellen : de bodem. Niet alleen om er zonder nog meer kunstmest enzovoort meer opbrengst uit te halen, maar ook om de bodem als een spons te laten werken.  Als je het humusgehalte nog maar met een procent verhoogt, kan de bodem al iets meer water vasthouden, per hectare 200.000 liter. Dat is 20 liter per vierkante meter. Vergelijk met een fikse bui van twee emmers water. Dat is niet veel en wetenschappers beweren dat zo’n procent bereiken, een generatie landbouwers vereist. In de praktijk zien boeren die met ecologische teelt bezig zijn dat ze per jaar al een halve procent meer humus in hun grond hebben. Sommigen houden dat al twintig jaar vol. Dus al tien procent toename.  Belangrijk is om te beseffen dat het leven in de bodem niet alleen komt van de stoffen die we er aan toevoegen. Niet alleen door organisch materiaal in te werken – al is dat natuurlijk een onontbeerlijke bijdrage.

Beplanting

Humus verhogen betekent meer opbrengst omdat die de planten voedt. Maar het omgekeerde is even waar: planten voeden de bodem. Planten bevorderen de bodembiologie en dus ook de opbouw van humus.

Grondbewerking

De bodem niet onbedekt laten, is uiteraard een middel tegen uitdroging, maar heeft vooral voordelen voor het bodemleven. Ecologische teelt bevordert die voordelen door bijvoorbeeld niet te ploegen of spitten en een diversiteit van planten te telen. En door zo weinig mogelijk grond-bewerking, lees grond-verstoring. Want de bodembiologie in stand houden en verbeteren, daarop komt het aan. En, in eerste instantie natuurlijk, de bodemflora en fauna niet in gevaar brengen door bv. kunstmest toe te dienen. Minerale zouten, zoals ook schimmelwerende middelen en andere zogenaamde plantbeschermingsmiddelen maken het immuunsysteem van de planten kapot.

Landschap

We mogen ons niet blind staren op de lap grond die we bewerken. Om de bodem levend te houden, is er ook een geschikte biotoop nodig. Meerjarige planten, struiken en bomen rond de akkers bevorderen niet alleen het bodemleven voor henzelf, maar ook van die akkers. Bovendien houden ze water vast en vormen ze een windscherm, onder meer voor de schrale ooster- en noorderwinden. Op die manier dragen akkers en tuinen ook bij tot een aangenaam landschap.

Veeteelt

In tijden van droogte hebben veetelers, varkens boeren en kippenkwekers het lastig. Dat doet de vraag rijzen of we niet te veel dieren kweken als voedsel en bovendien landbouwareaal gebruiken voor voedergewassen. Vraag die belangengroepen, niet alleen van landbouwers maar evenzeer van voederleveranciers en handelaars op hun achterste poten doet staan. De oplossing zit ook hier in een andere plaats in het hele plaatje: in plaats van een doorvoerplaats van ingevoerd voeder tot uitgevoerd vlees, zuivel en eieren. Zelfs de volgens velen grote slokop, de koe, kan een positieve rol hebben in de (her)opbouw van de bodembiologie en van de biotopendiversiteit. Een ecologisch beheerd grasland draagt daartoe meer bij dan akkerland met monocultuur. Door roterende begrazing bijvoorbeeld verhoogt de kwaliteit van het bodemleven en dus het humusgehalte. Bovendien, wat ons hier bezig houdt, verkrijgen we een betere spons.